De visie op RTC’s – context vanuit de Atletiekunie
Regionale Trainingscentra (RTC’s) vervullen een unieke rol in het atletieklandschap. Ze versterken clubprogramma’s, bevorderen kennisdeling en bieden een lerende omgeving waarin talenten samen kunnen groeien. Door regionale spreiding en lokale betrokkenheid zijn RTC’s toegankelijk voor talenten uit heel Nederland. De koppeling met het nationale talentprogramma van de Atletiekunie zorgt voor optimale ontwikkeling en eventuele doorstroom naar topsport.
Wat RTC’s onderscheidt, is hun brede benadering van talentontwikkeling in de regio. Naast technische training ligt de focus op fysieke, cognitieve en sociaal-emotionele groei, met speciale aandacht voor belastbaarheid en algemene atletische vorming. Juist tussen U14 en U20 is gerichte begeleiding cruciaal vanwege de versnelde ontwikkeling.
Atleten blijven lid van hun vereniging en krijgen via het RTC aanvullend trainingsaanbod, begeleiding door gekwalificeerde trainers en toegang tot hoogwaardige faciliteiten. Dit versterkt de samenwerking tussen club en RTC. RTC-programma’s bieden een verantwoorde opbouw van trainingsbelasting, afgestemd op leeftijd, ontwikkelingsfase en individuele behoeften.
RTC’s creëren een veilige en stimulerende omgeving met structurele aandacht voor persoonlijke ontwikkeling. Er is ruimte voor het combineren van sport met school en sociale activiteiten, en voor het ontwikkelen van een effectieve topsportleefstijl en competenties binnen prestatiegedrag en mentale gezondheid.
Hoewel niet alle RTC’s zich specifiek richten op de U20-categorie, ligt bij de meeste het zwaartepunt op jeugd en adolescenten. Deze doelgroep beschikt over aanzienlijk ontwikkelingspotentieel, en doelgerichte begeleiding in deze levensfase versterkt zowel de individuele groei van atleten als de structurele ontwikkeling van verenigingen.